Uitdaging

Het Research Centre for Sustainable Organizations van HOGENT wil de huidige expertise omtrent employer branding, marketing en AI gericht inzetten om accountingkantoren te assisteren bij de implementatie van een employer branding-traject. Door deze expertise te integreren met bedrijfsinformatie van het betreffende kantoor en algemene marketingprincipes, kan het kantoor een op maat gemaakte virtuele chatbot ontwikkelen die fungeert als een Employer Branding-assistent. Deze hands-on ondersteuning stelt jou als kantoor in staat om heel gericht jouw employer brand te ontwikkelen én correct uit te dragen zodat je ultiem nieuwe en juiste talenten voor jouw organisatie kan aantrekken, alsook goede werknemers kan behouden.

Interesse om deel te nemen aan het project? Lees verder en stel u kandidaat!

TETRA Hogescholen-AI

HOGENT wil hiertoe intekenen op de oproep TETRA Hogescholen-AI. Deze oproep richt zich op toepassingsgerichte digitaliseringsprojecten met specifieke aandacht voor de implementatie van artificiële intelligentie (aansluitend op het Vlaams beleidsplan AI) bij ondernemingen en non-profitorganisaties. Specifiek binnen deze oproep worden enkel onderzoeksgroep(en) van hogescholen toegelaten als aanvrager(s).

Welk engagement verwachten we

Voor het project stellen we een begeleidersgroep samen. Voor een goed project binnen deze oproep is het belangrijk dat voldoende en de juiste vertegenwoordigers van de doelgroep betrokken worden bij de voorbereiding van de projectvoorstellen én bij de uitvoering van het project. De betrokkenheid van de doelgroep zal in grote mate het welslagen van het project bepalen en ervoor zorgen dat de projectresultaten bruikbaar zijn na afloop van het project.

Leden van de begeleidersgroep: het betreft zowel leden die een belangrijke rol hebben bij het uitvoeren van het project (peters), als leden die een toegevoegde waarde bieden voor de exploitatie van de projectresultaten (belangrijke tussenschakels, clusters, federaties, wetgevers, …) en leden die als potentiële gebruiker van de projectresultaten optreden.

TETRA AI vraagt een bereidheid tot cofinanciering vanuit de begeleidersgroep, in ons geval dus accountantskantoren. HOGENT is bereid om ook zelf een participatie op te nemen in deze financiering. Voorstel totale cofinanciering, verdeeld over alle deelnemers: € 30.000

Wat levert het op voor jouw kantoor?

  • Kantoren krijgen een gebruiksvriendelijk en gedetailleerd stappenplan waarmee ze zelf een persoonlijke assistent kunnen creëren in een ChatGPT of Amazon-omgeving. Daarnaast stellen we dezelfde kennis ter beschikking van tussenpersonen (zoals softwareontwikkelaars, HR-consultants en marketingorganisaties) om kantoren hierin te begeleiden of deze dienst aan te bieden (Het open delen van de projectresultaten is namelijk een voorwaarde voor de TETRA-oproep).
  • Door deel te nemen aan de begeleidersgroep wordt je kantoor lid van het Lerend Netwerk AI for Employer Branding. Je stuurt samen met de medepartners de onderzoekers in de richting die je het best toepasbaar vindt.
  • Je neemt deel aan pilootprojecten en krijgt on the spot input van experten, vanuit het Research Centre for Sustainable Organizations. 
  • Deelname aan de begeleidersgroep stelt je in staat om meteen een vertaling te maken naar jouw organisatie
  • Onze experten delen van bij de start hun inzichten tijdens een workshop over Employer Branding.
  • Onze experten geven je inzicht in de AI mogelijkheden die het meest geschikt zijn.

Tijdspanne van het traject:

Indienen TETRA AI project: 6 februari 2024                                              
Deadline opladen teksten: 31 januari 2024
Beslissing TETRA goedkeuring: juni 2024
Start traject: september 2024
Doorloop traject tot augustus 2026

Interesse? Laat jouw gegevens achter via deze QR-code. We nemen graag begin januari contact op met de geïnteresseerden om meer concrete afspraken te maken.



Wanneer worden er resultaten verwacht:

Door deelname aan de begeleidersgroep krijg je de mogelijkheid om deel te nemen aan pilootprojecten, als eerste de uitgedachte concepten te testen en bij te sturen.
Je krijgt doorheen het 2-jarig traject input van experten, vanuit het Research Centre for Sustainable Organizations (HOGENT) en het lerend netwerk.

Oorspronkelijke publicatie: “Les papotes de la cour du travail de Bruxelles” Nr. 0005 01/07/2023
Dank aan Luc Vandenhoeck, ITAA-lid en sociale rechter.

De functie van sociaal rechter bij de Arbeidsrechtbank en sociaal raadsheer bij de Arbeidshof.
 

Sociale rechters zijn lekenrechters die naast de beroepsrechters worden benoemd in arbeidsrechtbanken, die volgens het echelonmodel zijn samengesteld.

Zij hebben het ambt van magistraat en zitten in toga zoals de beroepsrechter. (De toga kan ter zitting gehuurd worden dan wel worden gekocht).

Deze rechters zijn niet altijd juristen, maar ze kennen de sociale wetgeving (arbeidsovereenkomsten, werkloosheid, kinderbijslag, enz.), uit ervaring of vanwege hun beroep, dat door deze rechtbanken wordt toegepast. Aangezien zij tot de wereld van werknemers, werkgevers of zelfstandigen behoren, beschikken zij over een ervaring die nuttig is om conflicten te begrijpen.

Naast de beroepsrechter brengen zij hun kennis en ervaring uit het veld mee. Omgekeerd voedt de ervaring als sociaal rechter de beroepservaring: “Je denkt altijd dat het gras elders groener is. De sociale rechter luistert in veel zaken naar de pleidooien en realiseert zich dat wat hij in zijn eigen bedrijf meemaakt verre van catastrofaal is. Hij zegt dan tegen zichzelf: zo slecht zijn we toch niet!

De sociale rechter zit maar een paar dagen per maand, ’s ochtends of ’s middags.
Voor het begin van het gerechtelijk jaar wordt hem gevraagd welke dagen van de week voor hem geschikt zijn en in welke vakken hij het liefst zit. Hij zit normaliter voor één termijn in dezelfde zaak en wordt gevraagd zich ertoe te verbinden te komen zitten, zonder zich te laten vervangen (behalve in geval van overmacht), aangezien dezelfde zaak op verschillende zittingen na elkaar kan worden voortgezet en zo wordt voorkomen dat hij met andere sociale rechters van voren af aan moet beginnen.

Gewoonlijk worden de vonnissen en arresten binnen een maand na de zitting ondertekend door de 3 magistraten en de griffier.

In elke kamer van een arbeidsrechtbank is er gewoonlijk één beroepsrechter (die “arbeidsrechter” wordt genoemd) en twee sociale rechters.

Men zou kunnen veronderstellen dat een sociale rechter noodzakelijkerwijs zou preken voor het koor (werkgever, werknemer/werknemer, zelfstandige). Integendeel: “Wanneer hij op de zitting aankomt, neemt hij automatisch zijn hoed af. Het is verkeerd te denken dat de werkgeversrechter noodzakelijkerwijs de werkgever zal verdedigen en omgekeerd voor de werknemerskant. Hij luistert naar de verschillende partijen en beslist op basis van wat hem het eerlijkst lijkt. Aan het einde van de zitting beraadslagen de drie rechters (een beroepsrechter en twee sociale rechters) en doen ze uitspraak in raadkamer. De beslissing is meestal unaniem en de neutraliteit en vertrouwelijkheid zijn gewaarborgd.

In de beraadslagingen legt de stem van de sociale rechter evenveel gewicht in de schaal als die van de beroepsrechter, wat wijst op het belang van de functie die hij of zij bekleedt en de functie die hij of zij uitoefent: hij of zij kan zich niet beperken tot een figurantenrol, die bijvoorbeeld zou bestaan uit het louter ondertekenen van het vonnis.

De sociale rechters worden benoemd voor een periode van vijf jaar (hernieuwbaar), door de Koning, op voorstel van de Minister van Arbeid (werkgevers, werknemers/arbeiders) of de Minister van Middenstand (voor de rechters die de zelfstandigen vertegenwoordigen); hun mandaat is hernieuwbaar.

Om tot sociaal rechter te kunnen worden benoemd, moet de kandidaat
– ten minste 25 jaar oud zijn
– in het bezit zijn van een onderwijsdiploma of een diploma in de taal van de betrokken rechtbank (Frans, Nederlands of Duits)
– geen openbaar ambt bekleden (parlementslid, senator, burgemeester, gemeenteraadslid of provincieraadslid, enz.)
– geen notaris, gerechtsdeurwaarder, advocaat, militair of geestelijke zijn
– geen bezoldigde openbare functie of politiek of administratief ambt te bekleden.

Afhankelijk van het onderwerp van het geschil moet de kamer waarnaar de zaak wordt verwezen, bestaan uit vertegenwoordigers van de betrokken categorieën, voor zover het gaat om sociale rechters.

Zo moet bij geschillen over individuele of collectieve arbeidsverhoudingen één van de sociale rechters de werkgevers vertegenwoordigen en de andere de arbeiders of bedienden, naar gelang van de gevallen.

De sociale rechters kunnen effectieve of plaatsvervangende rechters zijn, die de eerste vervangen wanneer deze tijdelijk verhinderd zijn hun functie uit te oefenen (overmacht).

De rechters verliezen hun functie en worden op pensioen gesteld wanneer zij de leeftijd van 67 jaar bereiken (de voorzitter van de rechtbank of het hof kan voorstellen hun mandaat eenmaal voor 3 jaar en vervolgens per jaar voort te zetten, tot 75 jaar).

Lekenrechters die zitting hebben in arbeidsrechtbanken worden “sociaal adviseurs” genoemd. Zij hebben dezelfde functies, maar op een hoger bevoegdheidsniveau.

Wat is de arbeidsrechtbank (video) :
Wie gaat naar de arbeidsrechtbank en waarom? Wie zijn de rechters? We stellen deze vragen aan Paul Palsterman, sociaal adviseur bij de Arbeidsrechtbank.

Waarom sociale rechters bij de Arbeidsrechtbank (video):
Wat is de rol van sociale rechters bij de Arbeidsrechtbank? Hoe werken ze? Hoe worden ze benoemd?

Hoe wordt men sociaal rechter?

Vacatures voor sociale rechters worden gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad. Kandidaten voor de functies van sociaal rechter die de werknemers vertegenwoordigen, worden door de vakbondsorganisaties (CSC, ABVV, CGSLB) voorgesteld aan de Minister van Arbeid. De werkgeversorganisaties (VBO) dragen eveneens kandidaten voor de functie van sociaal rechter die de werkgevers vertegenwoordigen voor aan dezelfde Minister van Arbeid. De sociale rechters die de zelfstandigen vertegenwoordigen worden voorgesteld door de zelfstandigenorganisaties (UCM – BECI-SNI) aan de minister van Middenstand.

De posten van de sociale rechters voor “werknemers” worden verdeeld tussen de verschillende vakbonden, afhankelijk van de resultaten van de sociale verkiezingen.

Het essentiële kenmerk van deze sociale rechters is dat zij representatief zijn voor een bepaalde sociaal-professionele categorie.

De persoon die een betrekking als sociaal rechter wenst te verkrijgen, moet zich dus wenden tot zijn of haar vakbond, werkgevers- of zelfstandigenorganisatie.

Deze laatste zal hem/haar voordragen voor de vacante functie. Vervolgens wordt een advies gevraagd aan de voorzitter van de arbeidsrechtbank of het arbeidshof.
Indien het advies positief is, wordt de zaak voortgezet. Een koninklijk besluit wordt ondertekend door de Koning, de Minister van Justitie en ofwel de Minister van Tewerkstelling en Arbeid (voor werknemers- en werkgeversrechters) ofwel de Minister van Middenstand (voor zelfstandigen).

Adressen waar u zich kunt inschrijven op de lijst van kandidaat-sociale rechters:
Zie pagina 6 of neem contact op met je vakbond.

Presentiegelden
Het Gerechtelijk Wetboek gaat uit van presentiegelden. Artikel 356 van het Wetboek bepaalt dat “de Koning de presentiegelden bepaalt die aan de sociaal raadslieden en de sociale rechters kunnen worden toegekend”. Artikel 1 van het koninklijk besluit van 22 april 1999 bepaalt het bedrag van de presentiegelden (+- 55€ voor een sociaal rechter en +- 110€ voor een sociaal raadsman in 2023).

Eretitels
Eretekens in de nationale orden worden toegekend aan geplande personen vanaf de leeftijd van 35 jaar.
Sociaal raadsman :
– Officier in de Orde van Leopold II na 10 jaar
– Officier in de Kroonorde na 5 jaar
– Officier in de Leopoldsorde, 5 jaar later

Sociaal rechter :
– Ridder in de Leopoldsorde na 10 jaar
– Officier in de Kroonorde, 10 jaar later

Welke kwaliteiten moet een magistraat hebben?

ONAFHANKELIJKHEID: De leden van de rechterlijke macht oefenen hun gerechtelijke functie uit in volledige onafhankelijkheid, vrij van externe invloeden. Deze onafhankelijkheid brengt hen ertoe het recht toe te passen op basis van de elementen van het concrete geval, zonder toe te geven aan de angst om welke vorm van macht dan ook (uitvoerende, wetgevende, politieke, hiërarchische, economische belangen, de media of de publieke opinie) te ontstemmen of te behagen. De leden van de rechterlijke macht moeten er ook voor zorgen dat zij onafhankelijk blijven in hun rechterlijke functies, ook ten opzichte van hun collega’s en groepen die onder druk zetten van welke aard ook.

ONPARTIJDIGHEID : Objectieve en subjectieve onpartijdigheid zijn, samen met onafhankelijkheid, essentieel voor een eerlijk proces (artikel 6 EVRM). Onder onpartijdigheid van de rechterlijke macht wordt verstaan de werkelijke en schijnbare afwezigheid van enig vooroordeel of vooringenomenheid bij het wijzen van een vonnis, of bij aan het vonnis voorafgaande procedures. De rechter oefent zijn rechterlijke taak uit zonder vrees, gunst of vooroordeel.

ONTHOUNDING/TERUGTREKKING: de leden van de rechterlijke macht moeten bij de uitoefening van hun ambt en zelfs daarbuiten een gedragslijn volgen die het vertrouwen in de onpartijdigheid van de rechterlijke macht bevordert en het risico vermindert van situaties die tot terugtrekking zouden kunnen leiden. De onpartijdigheid van de rechter vereist een strikte toepassing van de regels inzake professionele onverenigbaarheid (artikelen 292 tot en met 304 van het Gerechtelijk Wetboek) en ontzetting uit het ambt (artikelen 828 tot en met 842 van het Gerechtelijk Wetboek). Zo onthoudt de rechter zich ervan zitting te nemen in zaken waarin : – de rechter nauwe banden heeft met een partij of persoonlijke kennis heeft van de feiten, een van de partijen heeft vertegenwoordigd, bijgestaan of tegen haar is opgetreden, of zich een situatie voordoet waarin de onpartijdigheid van de rechter zou worden aangetast door subjectiviteit; Indien er een reëel of potentieel belangenconflict is, zit de rechter niet of trekt hij zich onmiddellijk terug uit de zaak, om te voorkomen dat hij van partijdigheid wordt verdacht.

INTEGRITEIT: De leden van de rechterlijke macht vervullen hun taak op integere wijze. Zij hebben dezelfde plicht tot integriteit in hun gedrag in de samenleving en in hun persoonlijk leven. Het zijn de hoge normen van integriteit die hen waardig maken hun functie uit te oefenen, die hun gezag legitimeren en het vertrouwen in de rechtspraak waarborgen. Uit het beginsel van integriteit vloeien twee plichten voort: de plicht tot eerbaarheid en de plicht tot waardigheid.
Het beginsel van eerlijkheid vereist dat de leden van de rechterlijke macht zich niet alleen onthouden van elk gedrag dat bij wet verboden is, maar ook van elk onbetamelijk gedrag. Het waardigheidsbeginsel vereist dat de leden van de rechterlijke macht ervoor zorgen dat noch de uitoefening van hun beroep noch hun persoonlijk gedrag hun imago of dat van het gerecht en de rechterlijke macht in gevaar brengt.

RESERVATIE EN DISCRETIE: Het beginsel van reserve en discretie van de rechters impliceert een evenwicht tussen hun rechten als burger en de beperkingen van hun ambt. De leden van de rechterlijke macht gedragen zich zodanig dat niet de indruk wordt gewekt dat hun beslissingen zijn ingegeven door andere motieven dan een eerlijke en beredeneerde toepassing van het recht. De leden van de rechterlijke macht stellen alles in het werk om te voorkomen dat zij in de uitoefening van hun ambt en in hun privé-leven het vertrouwen schenden dat de justitiabelen in hen en in het rechtsstelsel in het algemeen stellen.

LOYALITEIT: De magistraat is loyaal. Loyaliteit betekent, samen met onafhankelijkheid, dat wanneer magistraten een eed afleggen (ik zweer trouw aan de Koning, gehoorzaamheid aan de Grondwet en de wetten van het Belgische volk), deze symbolische belofte hen verbindt tot de rechtsstaat. Deze verbintenis impliceert trouw aan de Grondwet, de democratische instellingen, de grondrechten, het recht en de procedure en de organisatieregels van de rechterlijke macht.

MENSELIJKHEID: Het gevoel voor menselijkheid van de magistraat blijkt uit het respect voor mensen en hun waardigheid in alle omstandigheden van zijn beroeps- en privéleven. Leden van de rechterlijke macht tonen respect in hun omgang met justitiabelen, maar ook met degenen in hun professionele omgeving, zoals advocaten, administratief personeel, enz. Deze menselijkheid, die ook gevoeligheid inhoudt voor de situaties waarmee de leden van de rechterlijke macht worden geconfronteerd, stelt hen in staat rekening te houden met de menselijke dimensie van hun beslissingen. Bij het beoordelen van de feiten en het nemen van beslissingen moeten zij een evenwicht vinden tussen empathie, medeleven, welwillendheid, striktheid en strengheid, zodat hun toepassing van het recht als legitiem en rechtvaardig wordt ervaren.

OPEN MIND: De magistraat is ruimdenkend en blijft op de hoogte van maatschappelijke en culturele ontwikkelingen.

Adressen en contactgegevens van de mensen die de dossiers behandelen in de verschillende organisaties
 

BECI – BRUSSELS ENTERPRISES COMMERCE AND INDUSTRY

Louizalaan 500 Avenue Louise – 1050 BRUSSEL – BRUXELLES – Tel : 02 648 50 02
Contact : Frédéric Simon,Conseiller social – Tel : 02 643 78 17 e-mail :

FEB – Fédération des Entreprises de Belgique asbl
VBO – Verbond van Belgische Ondernemingen vzw

Rue Ravensteinstraat 4 – 1000 BRUSSEL/BRUXELLES
Contact : Alja Rispens, Assistante – Tel  : 02 515 08 95 – e-mail : Centre de compétence Emploi & sécurité sociale
Competentiecentrum Werk & Sociale Zekerheid

SNI – Syndicat Neutre pour indépendants
NSZ – Neutraal syndicaat voor zelfstandigen
Boulevard Bischoffsheim 33 – 1000 Bruxelles – Tel : 02 308 21 08
Bischoffsheimlaan 33 – 1000 Brussel – Tel : 02 217 29 28 
Contact : ou

UCM – UNION DES CLASSES MOYENNES
Chaussée de Marche, 637— 5100 NAMUR
Contact : Julie Guillaume (Namur) Secrét.-Administ. Tél : 081 48 62 87 e-mail  
Contact : Sophie Guillet (Bruxelles) e-mail :
Contact : mettre en copie

UNIZO – UNIE VAN ZELFSTANDIGE ONDERNEMERS
Willebroekkaai 37 – 1000 BRUSSEL
Contact : Daisy Daniels, Juridisch stafmedewerker – Tel: 0499 23 25 86 – e-mail :
à partir de 2024 Contact : Iris Mommaerts, Administratief medewerkster – Tel :02 212 25 04 – e-mail :

UWE – UNION WALLONNE DES ENTREPRISES
Rue de Rodeuhaie 1 – 1348 LOUVAIN-LA-NEUVE – Tél : 010 47 19 40 – Responsable : Samuël Saelens Directeur Pôle Compétences UWE
Contact : Françoise Godefroid, Secrétariat – Tél : 0472 12 47 73 – e-mail :

VOKA – VLAAMS NETWERK VAN ONDERNEMINGEN
Koningsstraat 154-158 – 1000 BRUSSEL – Tel : 02 229 81 11
Contact : Emily Wauters, Assistente Directeur Marketing & Communicatie – Tel :0479 700 434 – e-mail :

Neem deel aan de praktijktest van EFRAG.

De Europese standaard setter voor financiële en niet-financiële informatie gaat een praktijktest uitvoeren over hun voorlopig voorstel van ESRS standaarden voor KMO’s.
Het betreft zowel de verplichte standaard voor beursgenoteerde KMO’s als de vrijwillige standaard voor kmo’s die niet onder de verplichting vallen.

Eind vorig jaar keurde de EFRAG de rapportagestandaard voor beursgenoteerde KMO’s ( LSME hier) en de vrijwillige standaard voor KMO’s (VSME hier) goed. De EFRAG zal binnenkort een 4 maanden durende raadpleging over deze normen starten.
Nu lanceert EFRAG een brede oproep om een praktijktest uit te voeren voor de twee kmo-normen. De veldtest bestaat uit het beantwoorden van een vragenlijst en het voorbereiden van een deel van de toelichtingen die in de norm zijn opgenomen.

Kandidaten zullen worden uitgenodigd voor één-op-één gesprekken met het secretariaat van de EFRAG om hun opmerkingen te maken over de haalbaarheid, de kosten, de uitdagingen, de voordelen en het nut van de afzonderlijke openbaarmakingen en de daarin voorgestelde verbeteringen. Binnenkort zullen meer gedetailleerde instructies worden verstrekt door EFRAG.  

Het is belangrijk dat onze kleine kantoren input leveren op de VSME-standaard.
Neem gerust contact met de cel sustanability reporting via op als u aanvullende informatie nodig heeft.

Als uw kantoor wenst deel te nemen aan de testfase, schrijf dan gerust rechtstreeks naar voor VSME en voor LSME.

Gelieve op de hoogte te houden indien u zich kandidaat stelt. Zo kan het ITAA u indien nodig helpen, in samenwerking met de EFAA (de internationale organisatie waar het ITAA lid van is), en u in dit initiatief kan ondersteunen.  

De deadline om zich in te schrijven is 31 januari.

 

”DUURZAAMHEID”, een begrip dat we steeds vaker horen en dat de komende jaren ons beroep ingrijpend zal veranderen!

Europa wil als eerste werelddeel klimaatneutraal zijn tegen 2050. Daartoe werden heel wat beleidsinitiatieven genomen, de zogenaamde EU Green Deal. Eén van de belangrijkste elementen daarvan is het verzamelen van informatie en gegevens bij de ondernemingen rond milieu en andere aspecten. Daarvoor werd op 14 december 2022 Richtlijn (EU) 2022/2464 aangenomen, met name de CSRD (Corporate Sustainability Reporting Directive).

Doel?  De transparantie over duurzaamheidsinspanningen van bedrijven en organisaties vergroten, de kwaliteit van duurzaamheidsinformatie verbeteren maar ook de duurzaamheidsrapportering op één lijn brengen met de financiële rapportering. Om deze rapportering te stroomlijnen, werden standaarden ontwikkeld binnen de EFRAG (European Financial Reporting and Advisory Group), de zogenaamde ESRS (European Sustainability Reporting Standards). Die heeft de Europese Commissie aangenomen op 31 juli 2023.

Alleen beursgenoteerde bedrijven?

Deze eerste set van 12 standaarden is van toepassing op grote beursgenoteerde bedrijven, grote banken en grote verzekeringsondernemingen als ze meer dan 500 werknemers hebben, evenals grote niet-EU-beursgenoteerde bedrijven met meer dan 500 werknemers. Vanaf 1 januari 2024 treden ze in werking. Naar schatting gaat het over 50.000 ondernemingen binnen de EU. Intussen werkt EFRAG al aan de volgende set(s) van standaarden voor de multinationals en beursgenoteerde kmo’s.

Geen spek voor mijn bek”, denken veel ITAA-leden wellicht, maar niets is minder waar. Ook de kleine(re) kmo’s worden daarin betrokken via de waardeketen waarvan ze deel uitmaken met die grote ondernemingen. En vanzelfsprekend zullen wij als adviseurs van de ondernemer ook mee in het bad getrokken worden. Voor sommigen onder ons is dat al het geval en vragen bepaalde cliënten zich al af hoe hiermee concreet aan de slag te gaan.

Hebben jouw cliënten al vragen?

Vanuit het ITAA zijn we ons bewust van het belang van dit thema en willen we onze leden hier zo goed mogelijk in ondersteunen en begeleiden. Door de grote diversiteit aan kantoren willen we eerst polshoogte nemen in hoeverre onze leden al betrokken zijn in dit verhaal.
Via deze beknopte enquête kan u ons helpen!

Tevens heeft binnen het ITAA de cel duurzaamheid een speciale link op de website laten aanmaken waarin alles over duurzaamheid terug te vinden is. Je vindt er onder andere een aantal links naar diverse instanties die daarin betrokken zijn en regelmatig over dit thema publiceren (IFAC, Accountancy Europe, EFAA, EFRAG …).

Centrale rol voor accountants

In het kader van duurzaamheid wordt wel eens gezegd dat het de accountants zijn die de wereld zullen redden! Dat lijkt wellicht wat sterk uitgedrukt maar het staat vast dat onze beroepsbeoefenaars een centrale rol zullen spelen op het gebied van duurzaamheid. Het is zonder twijfel één van de grootste evoluties in ons beroep. Vandaar het cruciaal belang om er met z’n allen klaar voor te zijn.

Neem dus zeker even de tijd om onze enquête in te vullen zodat we gericht kunnen voortwerken aan de nodige begeleiding en opleiding van onze leden en neem zeker ook een kijkje op onze website.

J. De Coster

Om de ondernemingsrechtbanken te ondersteunen en de rechters die er zetelen bij te staan, werden op vrijdag 15 december 2023 nieuwe vacatures voor rechters in ondernemingszaken in het Belgisch Staatsblad gepubliceerd.

De gewenste profielen zijn te consulteren op de website van de Federale Overheidsdienst Justitie > Jobs > Vacatures > Rechters in ondernemingszaken. Men is onder meer op zoek naar “echte ondernemers”, met bewezen ondernemerschap, ongeacht in welke sector, met ervaring in het economisch leven en het leiden van een bedrijf.

Elke kandidaatstelling of voordracht moet binnen een termijn van dertig dagen (dus voor 15 januari!) verstuurd worden naar: .

De integrale oproep zoals die op 15/12/2023 in het Belgisch Staatsblad is verschenen staat hier.

De FOD Financien publiceerde een nieuwsbericht over en vroeg het ITAA om de informatie aan haar leden over te maken.

Algemeen verhoudingsgetal

Vanaf 1 januari 2024 moeten gemengde belastingplichtigen die btw aftrekken op basis van het algemeen verhoudingsgetal:

  • dat aangeven via de toepassing e604 en
  • dat aanduiden in hun periodieke btw-aangifte

Meer informatie:

Werkelijk gebruik
 

Vanaf 1 januari 2024 moeten gedeeltelijke belastingplichtigen en gemengde belastingplichtigen die het werkelijk gebruik toepassen, hun bijzondere verhoudingsgetallen aangeven in hun periodieke btw-aangifte.

Meer informatie:

The Tax Policy Report is a publication which provides a detailed analysis of significant primary law and tax policy developments at both EU and international level that have occurred in the year which would be of interest to tax advisers. It also includes an overview of selected CJEU case-law and relevant European Commission decisions.

ITAA promotarief ‘IZILI by Reprobel’ (gecombineerde licentie) – campagne 2024

Net als vorig jaar bieden we weer een aantrekkelijke korting op het tarief van de gecombineerde licentie van Reprobel aan voor ITAA leden. De gecombineerde licentie heeft vanaf 2024 een nieuwe naam: Izili by Reprobel. De nieuwe naam geeft duidelijk weer wat de gecombineerde licentie doet: Izili is écht de ‘easy’ licentie voor de digitale wereld van vandaag. Al meer dan 80.000 Belgische ondernemingen en zelfstandigen kiezen voor de ruime dekking, de rechtszekerheid en het gebruiksgemak van Izili. Deze licentie werd speciaal ontwikkeld voor de digitale wereld en voor thuiswerken. Reprobel is de wereldleider in auteursrechtelijke licenties voor ondernemingen (per capita).

Lees verder in deze pdf.

Het ITAA is er wettelijk toe verplicht het openbaar register bij te houden. Via dat register kunnen bepaalde gegevens zoals de naam en rechtsvorm, de maatschappelijke zetel en de bestuurders van ondernemingen van de ITAA-leden worden opgezocht.

Om toe te zien op de juistheid van deze gegevens, werd het openbaar register gelinkt met de KBO die voor dit soort gegevens de authentieke bron is.

U dient voor wijzigingen omtrent deze gegevens van de onderneming (naam, rechtsvorm, maatschappelijke zetel, bestuurders) het ITAA niet meer te contacteren via een formulier “Wijzigingen rechtsvorm”. Deze gebeuren vanaf heden automatisch. U dient op heden wel nog steeds een wijziging omtrent aandeelhouders door te geven aan het ITAA via dit formulier. 

Voor verdere vragen kan u contact opnemen met .

Waar kunnen ITAA-leden nuttige informatie vinden om te voldoen aan de rapporteringsverplichtingen voor exploitanten van digitale platforms (omzetting van DAC7 in Belgisch recht)?

 

Update van FAQ ‘DAC7 – verplichtingen van exploitanten van digitale platforms’

De FOD Financiën heeft op 1 oktober 2023 een update gepubliceerd van de FAQ ‘DAC7 – Verplichtingen van exploitanten van digitale platforms’.

In de FAQ DAC7 komen de nieuwe verplichtingen van platformexploitanten aan bod. Dit document verduidelijkt met andere woorden hoe de nieuwe artikelen 321quater tot 321decies WIB92 geïnterpreteerd moeten worden. Voor meer informatie hierover kunt u de FAQ DAC7 raadplegen via de volgende link: MyMinfin (fgov.be)

In het onderhavige artikel vindt u ook e-mailadressen waarnaar u bijkomende juridische of technische vragen kunt sturen, en nuttige links (onder meer met het oog op een vlotter gebruik van de applicatie voor het verstrekken van de DAC7-inlichtingen aan de belastingadministratie).

1. Context van DAC7

Richtlijn (EU) 2021/514 van de Raad van 22 maart 2021 tot wijziging van Richtlijn 2011/16 (EU) betreffende de administratieve samenwerking op het gebied van de belastingen, afgekort ‘DAC7’, heeft onder andere een rapporteringsverplichting ingevoerd voor platformexploitanten, evenals een verplichte uitwisseling van de verzamelde informatie tussen belastingautoriteiten: https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/PDF/?uri=CELEX:32021L0514&from=FR

Met deze richtlijn beoogt de Europese Unie meer transparantie in verband met de inkomsten van verkopers op online platforms. Daarom wordt een rapporteringsverplichting ingevoerd voor exploitanten van digitale platforms, waarbij aan de overheid bepaalde inlichtingen worden bezorgd over de verkopers en over de tegenprestaties die ze ontvangen hebben.

Veel van de inkomsten die via deze platforms worden verkregen, zijn grensoverschrijdend. Om op dit vlak meer transparantie en een efficiëntere samenwerking te waarborgen, voorziet de richtlijn in een systeem van automatische uitwisseling van inlichtingen tussen de administraties van de lidstaten.

2. Omzetting in Belgisch recht

Richtlijn ‘DAC7’ werd in Belgisch recht omgezet door de wet van 21 december 2022: 30_1.pdf (fgov.be)

2.1 DAC7  light

Sinds begin 2021 bestond er in België al een informatie- en rapporteringsverplichting voor de exploitanten van bepaalde digitale platforms (‘DAC7 light’). Deze verplichtingen waren opgenomen in artikel 321quater WIB92 oud, en de informatie die overeenkomstig dit artikel voor het jaar 2022 verzameld werd, moest uiterlijk op 31 maart 2023 aan de belastingadministratie worden bezorgd.

2.2 Nieuwe bepalingen: artikelen 321quater ‘nieuw’ tot 321decies WIB92

Voor de na te komen verplichtingen en de te verstrekken informatie door platformexploitanten vanaf 1 januari 2023 gelden de bepalingen van de wet die richtlijn ‘DAC7’ omzet in het WIB92 (art. 321quater ‘nieuw’ tot 321decies WIB92).

Wat staat er in deze nieuwe bepalingen van het WIB92?
Zoals voor DAC7 light (artikel 321quater WIB92 oud) is er voorzien in een rapporteringsverplichting voor platformexploitanten. Ze zijn verplicht om bepaalde inlichtingen te verstrekken over de rapporterende platformexploitanten zelf en over de verkopers die inkomsten verkrijgen via hun platform.

De nieuwe artikelen 321quater tot 321decies WIB92 verschillen echter op een aantal punten van de DAC7 light, onder meer:

  • de omzetting van richtlijn ‘DAC7‘ is niet enkel van toepassing op de levering van diensten, maar ook op de verkoop van goederen, de verhuur van transportmiddelen en de verhuur van onroerende goederen.
  • de DAC7 light legde enkel de verplichting op om inlichtingen te verstrekken over Belgische verkopers. Door de omzetting van DAC7 wordt deze verplichting uitgebreid naar alle verkopers die ingezetene zijn van een aan rapportering onderworpen rechtsgebied of die een onroerend goed verhuren dat in een dergelijk rechtsgebied gelegen is.

Samengevat heeft de omzetting van richtlijn ‘DAC7’ de volgende wijzigingen aangebracht aan de Belgische wetgeving:

  • de invoering van een nieuwe rapporteringsverplichting voor platformexploitanten (artikelen 321quater tot 321decies, WIB92)
  • wijzigingen aan artikel 338 WIB92, zoals de mogelijkheid om in het kader van de administratieve samenwerking tussen lidstaten een gezamenlijke audit te realiseren. Dankzij dit nieuwe type controle kunnen ambtenaren van een andere lidstaat, met instemming van de Belgische bevoegde autoriteit, op het Belgische grondgebied komen en actief deelnemen aan onderzoeksmaatregelen die in België worden uitgevoerd. De buitenlandse ambtenaren worden dan gelijkgesteld met de nationale ambtenaren, in die zin dat ze rechtstreeks vragen kunnen stellen aan de betrokken belastingplichtigen, de documenten kunnen inkijken, enz.
  • de omzetting van een hele reeks technische wijzigingen met betrekking tot de administratieve samenwerking, waaronder:
    • de invoering van een definitie van het verwacht belang
    • de inkorting van bepaalde termijnen in het kader van de gegevensuitwisseling op verzoek, om de efficiëntie van dit type verzoek te verbeteren
    • de toevoeging van royalty’s aan de lijst van inlichtingen die worden uitgewisseld
    • de mogelijkheid voor lidstaten om een lijst op te stellen van doeleinden waarvoor de andere lidstaten automatisch de inlichtingen kunnen gebruiken die het voorwerp uitmaken van een automatische uitwisseling, zonder daarvoor toestemming te moeten vragen aan de lidstaat die deze inlichtingen verstrekt.
    •  (…)

3. Nuttige links

  • FAQ DAC7 bijgewerkt op 1 oktober 2023: MyMinfin (fgov.be) of via de volgende link, door op de tab ‘FAQ’ te klikken en dan op ‘Algemeen’: FAQ en documentatie | FOD Financiën (belgium.be)
    Deze FAQ DAC7 beantwoordt een aantal vragen, onder meer op het vlak van inkomstenbelastingen (interpretatie van de nieuwe artikelen 321quater tot 321decies WIB92). Elementen die hierin aan bod komen: het begrip platform, het begrip platformexploitant, het begrip verkoper, de betrokken activiteiten, de te verstrekken inlichtingen in het kader van DPI-DAC7, de due diligence-procedures, de rapporteringsregels en -termijnen voor de platformexploitant, …

Axelle Dekeyser